Nederland telt inmiddels bijna 2 miljoen (ruim 1.78 miljoen volgens de Kamer van Koophandel) zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers) – van creatieve professionals tot bouwvakkers, van pakketbezorgers tot consultants (vaak, dus niet allemaal). Hun bijdrage aan de economie is onmiskenbaar, hun flexibiliteit een zegen voor opdrachtgevers. Toch zitten ze in een sociale spagaat: ons stelsel van sociale zekerheid is nog altijd vooral afgestemd op, en alleen toegankelijk voor, werknemers. Het gevolg: onzekerheid, scheve concurrentie en een groeiende kloof tussen vrijheid en vangnet.
We stuiten op drie hardnekkige problemen: (1) de gebrekkige dekking van het sociale stelsel voor zelfstandigen, (2) de bescherming van gedwongen of schijnzelfstandigen, en (3) het hardnekkige feit dat veel mensen denken dat veel zelfstandigen hun eigen risico’s – ziekte, ouderdom, armoede – onvoldoende afdekken.
De werkelijke cijfers lees je hier.

1. De dekking door het sociale stelsel
De sociale zekerheid voor zelfstandigen bestaat uit een basis én een vangnet. Waar werknemers via hun werkgever sociale premies betalen (zoals voor werkloosheid, arbeidsongeschiktheid, pensioen), kent de zzp’er vooral het minimum: de AOW en het recht op bijstand.
- AOW-premie
Zzp’ers betalen, net als vrijwel iedereen in Nederland, AOW-premie via de inkomstenbelasting. Of iemand in loondienst is of zzp’er, maakt voor het recht op AOW niets uit zolang er premie wordt afgedragen. De uitkering is aan het minimumloon gekoppeld en vormt, zeker zonder aanvullend pensioen, slechts een sobere basis.
- Bijstand
Voor bijstand betaalt niemand een premie. Het bijstandsbudget is miljarden euro's en volledig betaald uit algemene, landelijke belastingen, die alle burgers en bedrijven betalen: vooral inkomstenbelasting, btw en vennootschapsbelasting. Dit geld wordt centraal ingezameld en vervolgens opnieuw verdeeld richting de gemeenten. Pas wie in armoede dreigt te raken, kan als vangnet een beroep doen op bijstand.
Kortom: zelfstandigen draaien ook op voor volksverzekeringen zoals de AOW, maar zijn voor vrijwel alles daarnaast zelf verantwoordelijk. Bijstand is een laatste redmiddel voor iedereen.
De mogelijk oplossing is er: het Burger Service Model (BSM). In dit model doet niet de werkgever de afdrachten, maar de burger zelf, alles is herleidbaar via het Burger Service Nummer. Werkenden dragen premies af vanuit hun eigen inkomen, ongeacht of ze zzp’er of werknemer zijn. Eenvoudiger, eerlijker en transparanter. Waarom zouden we vasthouden aan een systeem waarin de vorm en duur van je contract bepaalt of je recht hebt op bescherming? Het BSM zorgt voor: Eerlijke afdracht en toegang tot sociale voorzieningen.
2. Stop met het uitknijpen van schijnzelfstandigen
Bij Comité ZZP zijn we geen fan van het te pas en te onpas gebruiken van de term schijnzelfstandige. Iedereen kent ze: de pakketbezorger, de beveiliger of de callcentermedewerker die officieel “ondernemer” is, maar in werkelijkheid gewoon in loondienst zou moeten werken. Ze missen rechten en worden vaak onderbetaald. Dat is niet alleen oneerlijk, het zet ook druk op echte ondernemers die wél hun vrijheid kiezen.
De mogelijke oplossing voor de schijnzelfstandigheid is simpel maar krachtig: een minimumtarief gekoppeld aan het minimumloon of cao-loon. Zo ontstaat een eerlijke ondergrens en wordt het onaantrekkelijk om mensen puur als "goedkope zzp’er" in te huren. Echte zelfstandigen kunnen hun tarief daarop bouwen, en misbruikers krijgen minder speelruimte.
3. De aanname dat zelfstandigen zichzelf beter moeten beschermen
De gedachte is dat veel zzp’ers geen arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) afsluiten, mogelijk vanwege hoge premies en ontoegankelijke voorwaarden. Ook denkt men dat de pensioenopbouw vaak mager is of helemaal ontbreekt. Vrijwillige verzekeringen slaan nauwelijks aan – mede door complexiteit, prijs en gebrek aan collectiviteit. In de toekomst komt er waarschijnlijk een verplichte AOV, maar veel zzp’ers en verzekeraars staan hier argwanend tegenover vanwege bureaucratie en kosten. De feiten over hun bescherming liggen (met bronvermelding) anders.
Hier is geen oplossing nodig omdat dat het in feite niet zo ernstig is als velen denken. Toch kan ook hier als men het echt toch wil de politiek sturen. Verzekeraars moeten verplicht worden om betaalbare en toegankelijke polissen aan te bieden. Doen ze dat niet? Dan kan een sanctie zijn dat ze niet mogen meedoen met aanbestedingen en publieke projecten. Bovendien kan een collectieve oplossing, zoals de herintroductie van de zogeheten C-polis, waar dan ook zelfstandigen toegang toe hebben helpen.
Vrijheid én solidariteit
Zelfstandig werken mag nooit betekenen dat je buiten de vangnetten van de samenleving valt. Vrijheid en flexibiliteit horen niet te botsen met zekerheid en solidariteit. Met het Burger Service Model, een tariefbodem en betere verzekeringsproducten kunnen we de balans herstellen.
De zelfstandige van de toekomst moet kunnen ondernemen zonder angst voor armoede bij ziekte of ouderdom. Dat is geen luxe, maar een basisvoorwaarde voor een gezonde en eerlijke arbeidsmarkt. De vraag is niet óf we dit willen regelen, maar wanneer we eindelijk de moed hebben om het te doen.
Mogelijke oplossingen zijn eerlijker en toekomstbestendig?
Samengevat:
- Gebruik het Burger Service Model (BSM). Maak premieafdracht “arbeidsvormneutraal”. Iedereen draagt zelf premies af, ongeacht of ze werknemer of zzp’er zijn. Dit maakt het stelsel transparant, eenvoudig en solidair – geen onderscheid meer tussen loondienst en zelfstandigheid in sociale bijdragen.
- Minimumtarief aan minimumloon gekoppeld: Voorkom misbruik en onderbetaling door een wettelijk minimumtarief vast te leggen dat gelijk loopt met het minimumloon of het cao-loon van de sector. Dit bevordert het ontstaan van schijnzelfstandigen en zorgt voor eerlijke concurrentie en beschermt zelfstandigen tegen een race to the bottom.
- Verzekeraars en collectieve oplossingen verplichten: Verplicht verzekeraars om toegankelijke en betaalbare arbeidsongeschiktheids- en pensioenproducten aan zelfstandigen aan te bieden. Eventueel als voorwaarde om aan publieke aanbestedingen te mogen deelnemen. Zet daarnaast in op collectieven, zoals het herinvoeren van de ‘C-polis’, die zelfstandigen ook kunnen afsluiten.
- Handhaving en heldere regels tegen schijnzelfstandigheid: Verscherpte handhaving – die vanaf 2025 ingevoerd is – zorgt ervoor dat de voordelen van echte zelfstandigheid behouden blijven, maar schijnzelfstandigheid en misbruik worden bestreden.
- Vrijheid, zekerheid en solidariteit: wie durft? Zelfstandig werken mag nooit meer betekenen dat iemand buiten de vangnetten van onze samenleving valt. Vrijheid en flexibiliteit zijn waardevol, maar mogen geen pad naar bestaansonzekerheid zijn. Nederland moet – via het Burger Service Model en heldere wetten – solidariteit, eerlijke concurrentie en ondernemerschap verbinden.
De zelfstandige verdient het om niet te hoeven kiezen tussen vrijheid en zekerheid, maar beide te kunnen combineren in een nieuwe socialere overeenkomst. Tijd voor moedige keuzes en vaste grond onder de voeten van de zzp’er.
Het Burger Service Model (BSM) is een idee van Roos Wouters.
Cursieve tekst is later toegevoegd ivm feedback

