Van een sterke naar een zwakke flexmarkt
Steeds meer zzp’ers worden gedwongen om via detacheringsconstructies te werken. Opdrachtgevers willen risico’s vermijden door de voortdurende onzekerheid over de Wet DBA en het einde van het handhavingsmoratorium. Deze verschuiving benadeelt zelfstandigen financieel, juridisch en organisatorisch. Detacheerders spinnen en garen bij.
Twee vormen van detachering – beide nadelig
Er zijn grofweg twee vormen van detachering waarin zzp’ers terechtkomen:
Detachering in loondienst bij een bureau. De zzp’er wordt werknemer van een detacheerder, met een tijdelijk contract. De zeggenschap over tarief, werktijden en opdracht verdwijnt. Veel professionals worden hierdoor ‘gedwongen werknemer’: ze willen zelfstandig blijven, maar krijgen geen toegang meer tot opdrachten zonder tussenkomst van een bureau. Tegelijkertijd levert het betalen aan het sociale stelsel hen minder rechten op, omdat zij kortere periodes werken: voor het opbouwen van ww-rechten is een langeree, aaneengesloten contractperiode nodig. Ook de verzekering voor arbeidsongeschiktheid levert daarom hiaten op: je moet niet tussen twee opdrachten door onder de blauwe tram komen, want dan krijg je niks. AOV laten doorlopen? Zelf buffer blijven opbouwen? Dat is dubbelop en veel te duur op deze manier.
Dan de detachering als opdrachtnemer via een tussenpartij; je factureert als zzp'er aan een detacheerder die vervolgens de opdrachtgever factureert. De tussenpartij houdt een marge in, soms aanzienlijk.
Daardoor houdt de zzp’er minder netto over, terwijl hij wél zelf verantwoordelijk blijft voor pensioen, verzekering en aansprakelijkheid. Bovendien verdwijnt de regie over tarief en contractvoorwaarden — die liggen bij de tussenpersoon. (In vergelijking: bij directe uitzending of payroll is het bruto-inkomen vaak iets beter afgestemd op de werknemer/uitzender, terwijl bij detachering de marge vaak hoger en minder transparant is. Bij
payroll of
uitzenden is de werknemer
in dienst bij het bureau, maar bij payroll is de opdrachtgever formeel werkgever, wat meer aansprakelijkheid meebrengt. Detachering is dus veiliger voor grote organisaties.)
Beide vormen leiden tot hetzelfde resultaat: zelfstandigen verliezen hun onderhandelingspositie, autonomie en een eerlijk aandeel in de waarde die ze leveren.
Een uitholling van de zelfstandige arbeidsmarkt
De overheid heeft met de Wet DBA de deur opengezet naar deze tussenconstructies. Door onduidelijke handhaving en angst bij opdrachtgevers is een flexmarkt ontstaan waarin zelfstandigheid niet langer wordt beschermd, maar juist uitgehold. In plaats van beleid dat de zelfstandige positie versterkt, worden zzp’ers overgeleverd aan commerciële tussenpartijen die profiteren van de onzekerheid bij opdrachtgevers.
De crux: gebrek aan visie op de toekomst van flex
De kern van het probleem is dat er geen doordachte visie bestaat op de toekomst van de flexibele arbeidsmarkt. Er wordt vooral aangepast beleid op de markt gegooid en gehandhaafd, zonder oog voor de gevolgen. De overheid creëert een systeem waarin zzp’ers nauwelijks nog rechtstreeks kunnen werken. Dat is geen gezonde arbeidsmarkt, maar een speelveld waarin zelfstandigen de zwakste schakel zijn.
Wat er moet gebeuren
Zorg voor:
- Heldere en handhaafbare criteria voor zelfstandig ondernemerschap, zodat opdrachtgevers niet langer uit angst voor boetes of naheffingen naar tussenconstructies grijpen.
- Transparantie over marges, tarieven en verdiensten bij detachering.
- Gelijke toegang tot sociale rechten en plichten voor alle werkenden, zodat oneerlijke concurrentie en schijnconstructies verdwijnen.
- Gerichte handhaving op álle vormen van misbruik, niet alleen bij zzp’ers maar ook bij intermediairs en opdrachtgevers.
Zonder visie op de toekomst van werk zal de flexibele markt verder verzwakken — en zullen zelfstandigen, de ruggengraat van die markt, blijven betalen voor beleidsfalen.
Bovenal: zorg gewoon voor gelijke toegang voor alle werkenden tot sociale rechten en plichten.
Dan zijn veel ingewikkelde constructies en de handhaving ervan niet meer nodig.
Danielle van Wieringen
Secretaris Comité ZZP
ACHTERGROND EN BEGRIPPEN
Detacheren, uitzenden, payrollen
Detachering is een arbeidsconstructie waarbij de formele werkgever (het detacheringsbedrijf) de voorwaarden bepaalt en er geen sectoroverkoepelende regeling is. De WAB waarborgt wel dat de arbeidsvoorwaarden vergelijkbaar moeten zijn met die van werknemers bij de inlener. Bij uitzenden is de werknemer in dienst van een uitzendbureau; specifieke regels voor loon, arbeidsvoorwaarden en flexibiliteit gelden. Bij payrollen is de payrollorganisatie is formeel werkgever; WAB versterkt rechten en plichten van werkgever en werknemer. Van de drie is detacheren doorgaans het minst gunstig: de minste rechten én het minste geld voor de zzp’er.
Wat de cijfers laten zien
Detachering groeit:
- Volgens Panteia is de omzet van detacheerders tussen 2017 en 2023 gestegen van circa 6 naar 8–12 miljard euro.
- Het gemiddelde aantal gedetacheerden per bureau steeg van 213 in 2017 naar 233 in 2022.
- CBS-cijfers laten zien dat in 2024 bijna 1,3 miljoen mensen met een hoofdbaan zzp’er waren (13% van alle werkenden), een stijging sinds 2013. Tegelijkertijd daalde het aantal zelfstandigenbanen licht met 19 duizend tot ruim 2,4 miljoen.
Begrippen kort
- Zzp’er: zelfstandig, facturering op eigen naam, eigen risico en pensioen.
- Loondienst: werknemer met loonstrook, sociale premies en doorbetaling bij ziekte.
- Detacheren: werknemer in dienst detacheerder, tijdelijk bij opdrachtgever.
- Uitzenden: werknemer in dienst uitzendbureau, bij opdrachtgever, specifieke regels.
- Payrollen: payrollorganisatie is formeel werkgever; WAB versterkt rechten en beperkt misbruik.


